Verheyen: "Al onze grote clubs zijn op de sukkel zijn met hun nummer negen... behalve ééntje!"
Inhoudsopgave
Ex-voetballer en analist Gert Verheyen merkte op dat heel wat van de grote Belgische clubs op de sukkel zijn met hun nummer negen. Allemaal hebben ze een probleem met hun spitsen, op Racing Genk (En Antwerp) na.
"Paul Onuachu is, samen met Dieumerci Mbokani, de enige echte diepe spits bij een topclub die scoort", vertelt Verheyen in Het Nieuwsblad. Wat Onuachu uitstekend doet, is altijd voor doel zijn, zoals het hoort bij een echte diepe spits. Zijn positiespel daarbij is voortreffelijk. Zijn beslissingen om voor zijn man of in diens rug te komen, zijn vaak de juiste. Dat kan je moeilijk leren. Het is een kwestie van aanvoelen. Daardoor lijkt het dat Onuachu veel prima voorzetten krijgt. Terwijl het Onuachu is die de voorzetten er goed laat uitzien."
"Onuachu rendeert weer in het systeem zoals bij Midtjylland onder Jess Thorup: als centrumspits in een 3-4-3, geflankeerd door twee spelers met een actie, Ito en Bongonda. Het is dat trio dat Genk aan resultaten heeft geholpen. Trainers denken vaak dat uitstekende prestaties naar resultaten leiden, maar Genk zet die theorie op zijn kop. De eerste zeges in hun reeks van 18 op 18 kwamen louter voort uit efficiëntie en goals die ze maakten, niet uit een verbluffende prestatie."