De 5 meest bizarre uitslagen ooit in de Champions League

Borussia Dortmund en Legia Warschau speelden zich dinsdagavond in de geschiedenisboeken van de Champions League. In het Signal Iduna Park vielen liefst twaalf doelpunten (8-4), waardoor de wedstrijd de boeken in ging als de meest doelpuntrijke sinds de start van de Champions League in 1992/93.

Het was niet voor het eerst dat we zo’n bizarre uitslag zagen in het miljoenenbal. Kijk maar eens naar dit overzichtje:

5) Paris Saint-Germain - Rosenborg (7-2)

PSG is pas sinds enkele jaren (weer) een echte Europese grootmacht, maar in seizoen 2000/01 rekenden de Parijzenaren in de groepsfase zeer overtuigend af met Rosenborg. Met onder meer Nicolas Anelka in de gelederen werden de Noren met liefst 7-2 aan de kant gezet.

4) Dinamo Zagreb - Olympique Lyon (1-7)

Ajax leek in seizoen 2011/12 op weg naar overwintering in de Champions League. Olympique Lyon moest op bezoek bij Dinamo Zagreb namelijk met minstens zes doelpunten verschil winnen om de Amsterdammers nog te achterhalen. Na een 1-1 ruststand in Kroatië leek er geen vuiltje aan de lucht, maar na rust gebeurde het ongelooflijke. De Fransen wonnen met 1-7 en de verhalen over matchfixing gingen na de knipoog van Dinamo-speler Domagoj Vida, vlak na een Lyon-goal, al snel heel het internet over.

3) Liverpool - Besiktas (8-0)

Liverpool maakte in de poulefase van de CL in 2007/08 gehakt van Besiktas. De Turken waren volledig kansloos op Anfield en werden met een ongekende 8-0 nederlaag naar huis gestuurd. De Nederlandse inbreng van kwam van Ryan Babel; hij maakte er twee als invaller.

2) Chelsea - Liverpool (4-4)

Eén van de meest memorabele kwartfinalewedstrijden in het miljoenenbal was die tussen Chelsea en Liverpool in 2009. De Engelse grootmachten maakten er een waanzinnig doelpuntenfestival van op Stamford Bridge (4-4). Uiteindelijk plaatsten de Londenaren zich voor de halve finale, omdat zij met 1-3 wonnen in Liverpool.

1) AS Monaco - Deportivo La Coruña (8-3)

Tot aan Borussia Dortmund - Legia Warschau was het duel tussen AS Monaco en Deportivo La Coruña de meest doelpuntrijke sinds de start van de Champions League in 1992. In november 2003 maakten de Fransen en de Spanjaarden er een ongekende wedstrijd van, waarin de Kroatische spits Dado Pršo met vier doelpunten een hoofdrol vertolkte.